Ga naar de hoofdinhoud
main content, press tab to continue
Artikel | Pensioen Update

Antwoorden op kamervragen over indexatie en invaren

Door Wichert Hoekert | December 22, 2021

Als onderdeel van de behandeling van de Verzamelwet in de Eerste Kamer heeft staatssecretaris Wiersma schriftelijke vragen beantwoord over indexatie en invaren.
N/A
Pensioenakkoord

Versoepelde indexatieregels

Voor een deel, en voor zover al op 3 december beantwoord, hebben de vragen betrekking op de aangenomen motie van Van Dijk cs over de versnelde versoepeling van de toeslagregels. Die motie moet pensioenfondsen toestaan om al in 2022 gebruik te kunnen maken van de versoepelde indexatieregels die onderdeel uit zullen maken van de voorstellen over het transitie FTK in de Wet toekomst pensioenen. Indexatie wordt dan mogelijk vanaf een beleidsdekkingsgraad van 105%, en niet meer boven de toeslagdrempel van 110%, en bovendien mag het hele beschikbare vermogen boven die grens worden aangewend. Fondsen dienen uiteraard te beoordelen of ruimere indexatie dan in het huidige beleid de evenwichtigheid binnen het fonds dient. In de antwoorden schetst de staatssecretaris de voorwaarden die naar verwachting in het voorjaar van 2022 in een amvb zullen worden vastgelegd. Net als in het transitie FTK zullen de regels voor inhaalindexatie niet wijzigen. De antwoorden bevestigen ook dat de beleidsdekkingsgraad bepalend zal zijn voor de ruimte die beschikbaar is voor het toekennen van indexatie. Niet bekend is nog of dat de beleidsdekkingsgraad op het moment van het besluit over alsnog toe te kennen indexatie zal zijn, of de beleidsdekkingsgraad op het eerdere beslismoment over de indexatie toe te kennen in 2022 (doorgaans ergens in het vierde kwartaal van 2021), of wellicht een combinatie van beide.

Invaren

Het tweede deel van de antwoorden werd op 9 december aan de kamer gezonden en betreft vragen over invaren. In de beantwoording benadrukt het ministerie de voornemens inzake invaren zoals die ook in de consultatie van december 2020 naar voren zijn gebracht. Zo staat er onder meer dat sociale partners bepalen of er een verzoek komt om in te varen, en dat het fondsbestuur beoordeelt of dat evenwichtig kan gebeuren. Daarbij wordt gesteld dat het fonds ook de wijze van invaren bepaalt. In de volgtijdelijkheid is dat niet evident, omdat de gevolgen van het invaren doorgerekend moeten zijn in het transitieplan dat voor rekening van sociale partners komt. Dat transitieplan gaat vooraf aan de opdrachtaanvaarding en het implementatieplan van de zijde van het fondsbestuur.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Wichert Hoekert

Auteur

Member of the Retirement leadership team

LinkedIn|Twitter


Related content tags, list of links Artikel Pensioen Update Pensioenakkoord Nederland
Contact us